Formule W. Ik heb het echt gezegd vorige week. Beitske was erbij en ik schaamde me dood. Vooraf hadden Louis en ik afgesproken in ieder geval twee termen te vermijden: Formule 1 voor vrouwen en dus ook Formule W.
Je kunt niet spreken van de Formule 1 voor vrouwen als de coureurs in Formule 3-wagens rijden. En – moet ik het nog uitleggen – Formule W is voor het wegbranden van wratten. We hadden er nog hartelijk om gelachen in de auto.
Hoe dan ook, het gaat hier dus over de W Series, oftewel de Women Series. De nieuwe, aparte vrouwenklasse in de autosport. Sinds dit jaar strijden 18 dames zes raceweekenden tegen elkaar in het voorprogramma van de DTM. Onder hen is een Nederlandse coureur, Beitske Visser. Ze doet het goed, heel goed. Met (inmiddels) nog één race te gaan staat ze tweede in het algemeen klassement.
Assen
Verslaggever Louis Dekker en ik hadden het plan opgevat om een uitstapje te maken met de NOS Formule 1-podcast, aangezien de W Series voor het eerst in Nederland waren. Dus afgelopen vrijdag was het hup, op naar Assen.
We ontmoetten Beitske in de paddock, zittend aan een picknicktafel. Zeker tijdens het weekend van haar thuisrace wilde iedereen iets van haar, maar ondanks haar overlopende agenda had ze toch een halfuur voor ons vrijgemaakt om te praten over de W Series, haar carrière en ambities.
En dus zaten we even later met elkaar aan tafel, snacks erbij en het harige opnametoestel van Louis (“de cavia”) in de aanslag. Beitske is jong, rustig en vooral ambitieus. Ze begon als 5-jarig meisje met karten en op haar 24e staat alles nog steeds (of beter: meer dan ooit) in het teken van de autosport.
Iedereen heeft dromen, maar voor jonge meisjes en vrouwen in de autosport kunnen die dromen heel ver weg zijn. Want de praktijk wijst uit dat het een stuk moeilijker is om als vrouw tot de top door te dringen. In de eerste plaats gaat het natuurlijk over de fysieke verschillen tussen mannen en vrouwen. Er staan enorme G-krachten op het lichaam tijdens een race in een Formule 1-auto. Het zal geen nieuws zijn dat mannen hier in het voordeel zijn.
Emancipatie
Toch verandert er veel. De wagens zijn volgens kenners als oud-coureur Jan Lammers beter te hanteren dan vroeger en de geesten worden langzaamaan rijper voor emancipatie binnen de sport. De W Series zijn daar een concreet voorbeeld van.
Maar ook Beitske weet dat haar F1-droom een lastige droom is. Vroeg beginnen en talent hebben is voor niemand genoeg in de autosport, of je nu man of vrouw bent.
Je moet op het goede moment op de goede plek zijn. De juiste mensen kennen. En het liefst een flinke zak geld meebrengen, want de autosport is een dure grap. “Ik heb geen 30 miljoen in mijn achterzak zitten,” zegt Beitske over haar financiële mogelijkheden in de F1. Tja, wie wel.
Maar het allerbelangrijkste voor vrouwen is die extra te nemen horde: het ongelijk bewijzen van diegenen die beweren dat alleen mannen écht kunnen racen. Ik heb nooit in een racewagen (laat staan een Formule 1-auto) gezeten, dus ik heb absoluut geen recht van spreken wanneer het gaat om de haalbaarheid en competitiviteit van vrouwen in de F1. Maar ik weet wel dat de vrouwen die het proberen een dikke huid moeten hebben, want er zijn genoeg mensen die dat helemaal niet zien zitten.
Vrouwen met dromen moedig ik altijd aan. Of die dromen haalbaar zijn of niet. We kunnen niet in de toekomst kijken, maar dat vrouwen nu serieuze kansen krijgen, daar waar mannen al jaren dominant zijn, is op z’n minst inspirerend om te zien.
Wil je de podcast met Beitske beluisteren? Dat kan hier. We spraken niet alleen met Beitske, maar ook met DTM- en Formule E-coureur Robin Frijns, autojournalist René de Boer en racelegende Allan McNish.
Abonneer je meteen, zodat je de volgende podcastafleveringen niet mist. En heb je ideeën voor (uitstapjes met) de NOS Formule 1-podcast? Laat het ons weten!
Reageren is niet (meer) mogelijk.